Geïnspireerd door vriendin Anne Mathilde die al jaren haar eigen brood bakt ben ik na veel lezen, lezen en nog meer lezen begonnen met het maken van desem en het bakken van brood ermee. Ik durfde niet zo goed, las veel over wat er mis kon gaan en ging nog meer lezen in boeken en op internet
Maar hé na al dat lezen heb ik de stap gewaagd en het is leuk! Ik noem mijn desems (heb er 3 staan, desem van speltmeel, roggemeel en tarwemeel) liefkozend mijn furby’s omdat ze elke dag gevoerd moeten worden.
Hoe start je een desem?
Je hebt nodig: meel, water, schone pot, lepel
Dag 1:
10 eetlepels volkoren meel en 10 eetlepels lauw (niet te warm) water mengen en weg zetten op kamertemperatuur. Deksel van de pot losjes erop zodat er nog wat lucht bij kan komen.
Dag 2, 3 en 4:
Goed doorroeren.
Dag 5 en 6:
Een eetlepel meel en eetlepel water toevoegen en weer goed doorroeren.
Dag 7:
Weer voeden met een eetlepel meel en eetlepel water. Als het goed is zie je nu dat het mengsel is gerezen. Zo niet dan blijf je doorvoeden zoals op dag 5 en 6 tot je duidelijk ziet dat hij 2 dagen is gerezen. je kunt een elastiekje om de pot doen na het voeden zodat je goed kunt zien of hij gerezen is.
Goed gerezen? Dan ga je verder met dag 8.
Dag 8:
Je desemstarter is klaar voor gebruik. Voeg opnieuw meel en water toe in de verhouding 1:1 tot je voldoende desem hebt om mee te gaan bakken!
Gebruik voor een desembrood de verhouding 1:3 (1 desemstarter : 3 meel). Dus bij een te bakken brood met 500 gram meel gebruik je 170 gram desemstarter.
Pingback: Zelf desembrood bakken in vijf stappen | Minder en beter brood